Slavenhandel

Slavenhandel

Michiel de Ruyter wordt, net als vele van zijn tijdgenoten, beschuldigd van slavenhandel. Dit is tamelijk ongenuanceerd en verdient vanwege het hardnekkige gerucht toelichting.

Enerzijds kan gesteld worden dat de menselijke verhoudingen anders lagen dan nu. Maar dat verklaart niet alles. Het begrip slaven associëren we tegenwoordig met donkere mensen op katoenplantages en erbarmelijke omstandigheden tijdens transport op slavenschepen vanuit Afrika naar Amerika. Dat beeld is vooral ontstaan door zeer negatieve weergave van slavenhandel in de 18e eeuw, een eeuw na Michiel.

Een reeks artikelen door dhr L. Dragstra "Michiel de Ruyter en de Christenslaven is hier terug te vinden. 

Michiel is wel degelijk betrokken geweest bij handel op de Noord-Afrikaanse slavenmarkten. Hij heeft er ongeveer 600 geloofsgenoten vrijgekocht, deels met eigen geld, deels met geld uit de 'Liefdekassen' van de Nederlandse kerken, die dat voor dat doel aan hem hadden mee gegeven. Mensen waren evengoed handelswaar als een buitgemaakt schip en de lading dat waren. Wij zouden dergelijke "slaven" dan ook eerder omschrijven als "krijgsgevangenen". Hij kocht christenslaven, die onmiddellijk na de aankoop in vrijheid werden gesteld en de aankoopsom niet behoefden terug betalen. Dat hij een voorkeur voor protestanten (geloofsgenoten) gehad zal hebben ligt voor de hand.

De Ruyter zal echt wel hebben gepingeld, af en toe zelfs boos zijn weggelopen om later weer terug te komen en het onderhandelen over de prijs voort te zetten, zoals dat ook nu nog op de Noord-Afrikaanse markten toe gaat wanneer je een kameel of een geit wilt kopen. Maar ik betwijfel of er één vrijgekochte slaaf zou zijn geweest die de Ruyter daarvoor voor een oorlogstribunaal had willen dagen.

Lees in dit verband het artikel van L. Panhuysen over de bevrijdde Hongaarse galeislaven. (Mens-Godsdienst) Eén van hen is zelfs tweemaal door Michiel bevrijd.

Een ander verhaal is dat hij langs Afrika's westkust forten die gebruikt werden om slaven te verschepen veroverde op de Engelsen. Dit verdient enige nuancering om de rol van de Ruyter helder te krijgen.

In 1664 werd de Ruyter door de Staten van Holland naar West-Afrika gestuurd om een aantal forten, die door de Engelsen op ons veroverd waren, terug te veroveren: in 1664 werd Goeree voor de kust van Dakar, Senegal heroverd, het volgende jaar fort Tacorary in Ghana (opgeblazen) en het Engelse fort Cormantijn (Fort Amsterdam). In de tussentijd en na afloop had De Ruyter contact met Jan Valkenburgh, de directeur-generaal te Elmina. Dat wijst er  mogelijk op dat Elmina niet in Engelse handen was en dus ook niet door Michiel heroverd diende te worden. Bij het ontzetten van deze forten werkte hij regelmatig samen met de lokale bevolking. Er hebben zich wederzijds gruwelijke slachtingen voorgedaan, waarbij ook Michiel ternauwernood aan de dood is ontsnapt.

Deze forten werden gebruikt om op weg naar Indië of op de terugweg, vers water en voedsel in  te nemen. De VOC passeerde over het algemeen dit gebied en sloeg water en voorraden in bij Kaap de Goede hoop. Het was de "Tweede geoctroyeerde West-Indische Compagnie" (WIC), die de forten voornamelijk gebruikte. Om die reden wilden de Staten van Holland ze weer in hun bezit hebben. De WIC haalde slaven ook elders. Gedurende zijn leven heeft Michiel niet voor de WIC gewerkt.

Het was op deze reis, dat de Ruyter op de wal begroet werd in onvervalst Vlissings dialect door de lokale hoofdman. Het bleek dat die als kind als verstekeling a/b van een  VOC-schip naar Vlissingen was meegenomen,  waar hij als leeftijdgenoot van de jonge Michiel met hem op school had gezeten. Hij was later teruggekeerd naar zijn eigen land en was er koning o.i.d. geworden. Deze oude schoolvriend werd door de Ruyter a.b. van zijn vlaggenschip genodigd en gefêteerd. Niet bepaald de manier waarop je met "handelswaar" omgaat. Pas ruim een eeuw later krijgt deze vriend in de literatuur de naam Jan Compagnie. (bron: overlevering & scheepsjournaal)

Check hier uw eigen bijdrage aan slavernij.

Bestanden met de piratenstaat Salé irt blanke slavernij

Hoe de islamitische slavenhandel in blanke Europeanen tot drie Marokkaans-Nederlandse conflicten leidde die Michiel de Ruyter uiteindelijk moest beslechten.

De islamitische handel in blanke slaven was eeuwenlang een zeer omvangrijk en lucratieve bezigheid van de moslims. Zo was bijvoorbeeld het stadje Salé in Marokko een piratennest waar blanke slaven naartoe werden gebracht en verhandeld, nadat ze uit geheel Europa waren ontvoerd, tot aan IJsland toe. 

De Nederlandse regering vond het probleem zo groot worden dat ze na enkele schermutselingen op zee met de piratenregering probeerde tot een bestand te komen. Er volgden drie bestanden. De eerste 1651 daarna in 1655 en vervolgens nog één in 1659. Nederland moest volgens deze afspraken 10% belasting betalen op haar handelswaar als zij in de buurt van Spanje of Marokko wilde varen en de moslims zouden de Nederlandse schepen met rust laten. Toch weerhielden ook deze bestanden de moslims niet van hun slavenhandel. De handel in blanke slaven werd uiteindelijk zo groot dat Marokko er zelfs een speciaal stuk land voor inrichtte om al haar slaven te kunnen huisvesten. Het was een dor stuk land, de Kasba genoemd. Het is momenteel een deel van Rabat, maar nog altijd zijn de mensen in dit deel van Rabat bleker van kleur en hebben sommige mensen er blauwe ogen. 

De slavenhandel vanuit Marokko en andere islamitische landen bleef Europa nog eeuwenlang teisteren. Pas nadat de Verenigde Staten onafhankelijk werden kregen de slavendrijvers het moeilijker. De eerste buitenlandse vijand van de VS was Tripoli (Libië bestond nog niet in haar huidige vorm). In Libië werd massaal in blanke slaven gehandeld. De Amerikanen waren onthuts door zoveel wreedheid en barbarisme en de New Yorkse zeeman William Ray schreef na zijn ontsnapping een bestseller van zijn gevangenschap onder de moslims met de titel "The Horrors of Slavery" in 1808 en mede dat deed de publieke opinie kantelen en deed de Amerikanen besluiten om de handel in blanke Europeanen te stoppen. Dit lukte uiteindelijk en Europa werd bevrijd van het al eeuwen durende slavenjuk. 

Nooit heeft een islamitisch land haar excuses aangeboden voor deze historische wandaden of enige compensatie betaald. Ook wordt in ons onderwijs op geen enkele manier aandacht aan dit verhaal geschonken. Dat is ook niet perse relevant. 

Wij delen dit hier vanuit het streven de geschiedenis correct én compleet beschikbaar te hebben. Voor iedereen, altijd & overal.


Tijdlijn

Documenten & Links